Thema: Spelen, een serieuze zaak
Werkvorm: Interactieve lezing.
Leerdoelen: Je ontdekt op welke verschillende manieren kinderen ons nodig hebben en soms juist ook helemaal niet.
Als je deze deelsessie gevolgd hebt, weet jij precies uit te leggen wat het verschil is tussen ‘Ik wil spelen!’ en ‘Laat maar spelen!’
Doelgroep: Kinderopvang en primair onderwijs onderbouw.
Leeftijdscategorie: Peuters (2-4 jaar) en kleuters (4-6 jaar).
Het stimuleren van de ontwikkeling van jonge kinderen is een fantastische taak met veel verantwoordelijkheden. Veel mensen gunnen jonge kinderen dat ze zich mogen ontwikkelen op een wijze die bij hen past: spelend, ontdekkend, onderzoekend, in welbevinden en betrokkenheid en vanuit autonomie. Hoe mooi zou het zijn wanneer kinderen dit kunnen doen zonder dat ze door hebben hoe nadrukkelijk wij over hun schouder meekijken en hun ontwikkeling proberen te stimuleren?
Wanneer je kinderen een stevige basis wil geven op een wijze waarbij ze de ruimte krijgen dit te doen op een manier die bij hen past, vraagt dit een enorme professionaliteit van de groepsleider. Het is zeker niet ‘laat maar spelen’. De kwaliteit van de pedagogische en didactische/educatieve basishouding van de groepsleider speelt een cruciale rol in de kwaliteit in de groep!
En….. hoe doe je dat?
Tijdens deze deelsessie zullen we op een prikkelende wijze samen verkennen hoe je de ontwikkeling van het jonge kind op de volgende 5 manieren kunt stimuleren:
- Binnen het spel
- Tijdens de alledaagse dingen
- Vanuit diverse bestaande rituelen
- Vanuit de verwondering
- Met behulp van programma’s: echter doelgericht en didactisch.
